Het warme weer, je kon zelfs spreken van een hittegolf, houdt West-Europa in de greep, waarbij het voor iedereen puffen en blazen is. Ook ondergetekende ‘peddelde’ met zijn fiets en de camera’s in de aanslag langs de baan waarbij twee zaken overduidelijk waren; de jaren beginnen stilaan te tellen en bergafwaarts is gemakkelijker dan bergop. Maar daar hebben de van de pk’s bulkende racemachines geen broertje dood aan. Het GP-circuit waar de Belgen, Nederlanders en Zwitser Erwan Bannhart, uit de Supersport- en Superbike-klasse aan de slag moeten, is ruim vijf kilometers lang. Er zijn enkele beruchte en beroemde passages, zoals de hoefijzervormige Dunlop-bocht die op het laagste punt van de baan ligt en vanwaar het dan alleen maar in een razende vaart naar omhoog gaat, langs o.a. de Michael Schumacher-S, een snelle chicane, waar het nog wel eens fout kan gaan en de flauwe bijna volgas Advan-Boog waar de rijders bijna op dezelfde hoogte zijn dan start-finish. Want hier is iedereen het over eens, dat de omloop van de Nürburgring een snelle, technische en moeilijke baan is, waar er vloeiende lijnen moeten gereden worden en liefst geen uitstappen in de grindbak van de Schumacher gemaakt moeten worden. Al gebeurde dat af en toe toch, waarbij de keitjes dan telkens in de rondte vlogen. Vroeger werden op deze piste ook GP’s en WSBK-rondes gehouden en dat tot in 2013. In dat jaar werd overigens ook de snelste ronde ooit op een tweewieler op de tabellen gezet door Tom Sykers. De Engelsman deed er op z'n fabrieks Kawasaki ZX-10R toen nipt 1:55 over om een rondje op het GP-circuit af te leggen.