Het retro-lijstje: Vijf Italiaanse 125’s

Aan motormerken geen gebrek in het Italië van de vroege jaren ’90. Ook dan is er al sprake van consolidatie en zitten sommige merken zoals Cagiva en Gilera in een grotere groep. Maar merken als Aprilia en Laverda doppen dan nog hun eigen boontjes. De Italiaanse coureurs overheersen op dat ogenblik de 125cc en 250cc klassen van het WK Wegrace en dat inspireert veel jongeren tot een carrière in de populaire Italiaanse Sport Production-klasse. Of gewoon tot het rijden met een lichte, sportieve straatmotor. Door de protectionistische economische politiek van Italië zijn geïmporteerde modellen van minder dan 125 cc quasi onbetaalbaar. Vandaar dat merken als Honda en Yamaha productiefaciliteiten opzetten in ‘de laars’, al is er absoluut geen gebrek aan sportieve machientjes van de eigen, Italiaanse merken. Een overzichtje:

 

1. Aprilia AF1 Sintesi Replica

Een van de meest gelikte motorfietsjes die je eind jaren ’80 kon kopen. Niet iedereen was gek van de uitbundig Italiaanse pastelkleuren waarin deze kleine Aprilia getooid was. In tegenstelling tot wat je zou kunnen denken was deze ‘livrei’ niet geïnspireerd door Benettons ‘United Colors’ maar wel door de fabrieks Aprilia AF1 250 GP waarmee in het de 250cc Wegrace GP’s uitkomt.Het tweetaktblokje produceert volgens fabrieksopgave net geen 29 pk aan 10.500 opm.

 

2. Cagiva Mito 125 Lucky Explorer

Deze versie van de Cagiva Mito 125 stamt uit 1993 en is een soort van homologatiemodel voor de Italiaanse Sport Production-klasse. De Mito is een stuk sterker dan z’n voorganger, de minder ‘racy’ ogende Freccia C12.  Dit model in kwestie dankt z’n naam aan de kledinglijn van een Amerikaanse tabaksgigant. Een merk dat op dat ogenblik wel actief is als sponsor van Cagiva’s Dakar-programma (Met de Cagiva Elefant 900) maar om contractuele redenen (met Suzuki) niet als (hoofd)sponsor van het Cagiva fabrieksteam in de 500cc GP’s kan optreden. De Mito produceert een maximaal vermogen van 33,5 pk aan 10.500 opm. Let ook op de upside-down voorvork van Marzocchi.

 

3. Gilera CX125

Ook Gilera dat deel uitmaakt van de Piaggio-groep, heeft met de Crono 125 begin jaren ’90 een machine voor de Sport Production-klasse. Toch is deze CX125 een stuk interessanter. Het toont aan dat ook kleine 125cc’s echte juweeltjes kunnen zijn. De CX in de typeaanduiding verwijst uiteraard op het lage luchtweerstandcoëfficiënt van deze machine. Verder beschikt de machine ook over één enkele vorkpoot en een eenzijdige swingarm. Het design komt uit de pen van Gilera hoofd-ingenieur Federico Martin, die eerder bij Bimota aan de slag was en daar voor ondermeer de DB1 tekende. De CX125 heeft een maximum vermogen van 29,3 pk aan 9.900 opm.

4. Laverda Navarro 125

Laverda is een merk dat je niet meteen met lichte tweetakten associeert. Maar in 1990 waagde het merk uit Breganze zich aan een model voor het in Italië zeer grote 125 sport-segment. Aangezien Laverda zelf geen 125cc blokken bouwt, moet het die bij Cagiva betrekken. Dat levert hen de krachtbron uit de ‘oude’ Freccia C12, die in de Navarro nog teruggeschroefd wordt tot 23 pk (aan 9.200 opm).  Anders dan de scherpe lijnen van de Aprilia’s en Cagiva’s heeft de Navarro nogal rondere vormen. Laverda had dan ook geen race-ambities voor de Navarro 125. Net als de CX 125 wordt ook de Navarro met mondjesmaat verkocht en zijn de overlevende exemplaren vrij exclusief.

5. Aprilia AF1 Sports Pro

In 1992 lanceert Aprilia een nieuwe versie van de AF1. Wil het in de populaire Sports Production-klasse gelijke tred kunnen houden met Cagiva en Gilera dan moet er meer vermogen gevonden worden. En dat gebeurt ook daadwerkelijk ook op deze AF1 Sports Pro, waarvan het piekvermogen 33 pk (aan 11.000 opm) bedraagt. Net als bij de rivalen wordt deze Aprilia ook voorzien van een instelbare upside-down voorvork. Het design van de Sports Pro is bovendien ook een knipoog naar wat dan nog  moet komen, de RS 250.

 

Tekst: BJ

Foto's: Instagram

 

Geschreven op 20 april 2020
© Motoren & Toerisme