Interview: Wereldkampioen Endurance Xavier Siméon

Op enkele jaren tijd heeft Xavier Siméon een prachtig palmares in het WK Endurance opgebouwd. Na een leerjaar bij het Franse privéteam Viltais Yamaha, verhuisde hij in 2020 naar het Suzuki Endurance Racing Team, dat sinds vorig jaar bekend staat als Yoshimura SERT Motul. Met dat laatste team, zeg maar het Real Madrid van de enduranceracerij, wist hij vorig jaar de wereldtitel te winnen, en won hij ook de twee Franse etmaalklassiekers, de 24 Heures du Mans Moto en de Bol d’Or.

Tekst: Bartel Jacobs

Foto’s: Suzuki Racing/David Reygondeau

Begin juni zal Siméon voor het eerst ook aan het werk te zien zijn tijdens de Spa 24 Hours Moto. Het wordt de eerste WK-race op het Ardeense asfaltlint in bijna twintig jaar. Ondanks het feit dat Siméon voor een groot gedeelte van het jaar in Andorra woont, is de Brusselaar makkelijk benaderbaar voor de pers. Eén mailtje naar Siméons managementbureau Zelos en we hadden binnen het etmaal de wereldkampioen Endurance te pakken voor dit interview. Samen met Siméon blikten we terug op het voorbije seizoen en vooruit naar wat komen gaat.

Xavier, eigenlijk zit jij al op trainingskamp in Andorra?

Uiteraard, de voorbereiding op het komende seizoen is in volle gang. Nu is het vooral aan de fysieke conditie schaven, en dat moet je ruim op voorhand doen. Op dit ogenblik ligt de focus daarbij op het cardio-musculaire aspect. Dat train ik door te lopen, maar bijvoorbeeld ook door te langlaufen. Omdat ik in Andorra woon, zoals veel motorsporters, is het niet heel moeilijk om die uithoudingssport te bedrijven. Daarbovenop komt ook nog eens krachttraining.

Waarin verschilt de fysieke voorbereiding voor de endurance van die voor de GP’s?

Ook in m’n tijd in de Moto2 deed ik al aan krachttraining, maar dat was erg beperkt, met relatief lichte gewichten. Uiteindelijk duurt een grand prix maar 45 minuten, terwijl je in een 24-uursrace acht keer een uur aan de bak moet. Dan heb je nood aan een veel grotere herhaling van die hefbewegingen.

De volledige versie van dit interview lees je in het nieuwe nummer van Motoren & Toerisme dat vanaf 10 februari in de winkel ligt.