Maximale funfactor: Ducati Hypermotard 698 RVE

Meestal kies ik eerst een route en dan een motor. Deze keer was het omgekeerd, en koos ik de route in functie van de Hypermono. Ik stelde mezelf simpelweg de vraag: waar komt deze motor het best tot zijn recht buiten het circuit? In krappe haarspeldbochten die je dwars aansnijdt en op één wiel verlaat, leek het logische antwoord. Maar in de realiteit was het toch net iets minder eenvoudig.

Als de nieuwe motoren worden voorgesteld op de EICMA, heb ik altijd een selectie van favorieten die ik absoluut wil testen. Ik ga niet liegen, deze Hypermono van Ducati stond bovenaan dat lijstje. Volgens Ducati is het in essentie een in twee gezaagd Panigale-motorblok dat de beste waardes in zijn klasse produceert. Nu is die klasse wel beperkt in aantal spelers. Je hebt de KTM 690 SMC R, in drie verschillende kleurstellingen, maar dan houdt het al snel op. De concurrentie is niet dik gezaaid, en na de eerste bochtige Alpenwegen vraag ik mij oprecht af waarom. Want dit is echt motorrijden op z’n best.

2024_Ducati_Hypermotard 698

Watertanden

Elke motor is gemaakt met een bepaald doel voor ogen. De BMW 1250 RT is bedoeld om zo comfortabel mogelijk te reizen, terwijl een Yamaha R1 ontworpen is om zo snel mogelijk rondjes te rijden op een gesloten circuit. Met welk doel de Hypermono gemaakt is? Met enig gevoel vooroverdrijving kan je zeggen dat hij je de essentie van het motorrijden wil bieden: fun. Hij wil niet de snelste of de meest comfortabele zijn, maar wel de leukste! Het gewicht is extreem laag, de zithouding zet je in attack-modus en het motorblok is een afgeleide van de krachtbron van racelegendes. Dat doet je watertanden, zeker in combinatie met hoogwaardige onderdelen zoals de volledig instelbare voorvering van Marzocchi, een monoshock van Sachs, Brembo-remmen en Pirellibanden. In de RVE-versie, met zijn graffiti-geïnspireerde looks en lekker agressieve uiterlijk, heb je helemaal een winnend recept. Hoe vaak ik wel niet met deze motor ben aangesproken, is niet op twee handen te tellen. De Italianen zijn fan, en ik ook!

Sublieme quickshifter

Qua wendbaarheid speelt deze Hypermono echt in een andere categorie. Dat maakt de talloze S-bochten waar de Alpen zo rijk aan zijn, tot een waar genot. Ook U-bochten neemt hij met het grootste gemak. Ik twijfel er niet aan dat er tegenwoordig allroads bestaan met dezelfde wendbaarheid, zoals de Triumph Tiger 900, om er maar één te noemen. Maar het is de totale beleving van deze motor die ‘m die extra dosis cachet en speelsheid geeft. Zelden heb ik zoveel plezier gehad op een motor als in die eerste bochten. De quickshifter – standaard op de RVE-versie – is subliem en knalt snel en onvervaard naar de volgende versnelling, zowel qua gevoel als uitlaatgeluid. Als je de mist ingaat bij een technische haarspeldbocht, is de hydraulische koppeling supergoed te doseren. De remmen hebben weinig moeite om het lage gewicht te stoppen – met een kleine zijstap als je te hard terugschakelt. Ik heb in totaal 1.500 kilometer gereden, maar ik had zelden ergens last van; het typerende zadel zat prima, ook op langere dagen. Ik zou de Hypermono zelfs voorzichtig comfortabel durven noemen. Met een zithoogte van 904 mm is hij echt wel aan de hoge kant, al zijn er verlagingkits tot 849 mm – wat nog steeds uitdagend is voor veel rijders.

2024_Ducati_Hypermotard 698

Rode knop

Zijn er ook minpuntjes aan deze motor? Absoluut, maar sta mij toe die te classificeren onder de noemer ‘details’. Ten eerste de benzinetank. Die is met 12 liter niet heel ruim. Na 150 kilometer moest ik al op zoek gaan naar een tankstation in de dunbevolkte regio waar ik rondreed, zeker omdat je altijd maar moet afwachten of ze daadwerkelijk open zijn. Verder is het dashboard heel summier, net als de bediening. Van de vele opties die je kan instellen, zoals tractiecontrole, ABS, wheeliecontrol of rijmodi, werd ik niet echt enthousiast. Veel te complex… Daardoor heb ik al die instellingen uiteindelijk te weinig uitgeprobeerd. Op dat vlak ontbreekt het aan eenvoud en creativiteit. Waarom bijvoorbeeld niet een grote rode knop installeren die alles in een klap uitschakelt? Nog een bedenking: bij gebrek aan extra voetsteunen kan je geen passagier meenemen. Er is ook geen punt om deze later nog te monteren.

Perfect in de bergen

Last but not least: deze motor is echt niet gemaakt om traag te rijden. Ik had een leuke tijd in de bergen, maar wanneer ik drie dagen later met de Ducati in de wijnstreek arriveer, is de fut eruit. Nu zou ik liefst met mijn pothelm door de velden cruizen alsof ik op een Vespa zit, maar daar is deze Hypermono simpelweg te zenuwachtig voor. Onder de 4.000 toeren per minuut is het een zeurend kind dat aan je arm trekt omdat-ie minstens naar 6.000 toeren wil. En als je daar bent, schakel dan maar een versnelling hoger. Onderin voelt het niet soepel aan en maakt de eencilinder zijn reputatie van bokkigheid waar. Dat is volgens mij ook de voornaamste reden waarom we weinig motorblokken met deze configuratie zien. Het motorblok is een waar genot bij acceleratie, maar om een bepaalde snelheid aan te houden ontbreekt de juiste balans. Toch zou ik meteen weer de Hypermono meenemen voor deze trip. Hoewel ik inmiddels heb ontdekt dat moderne allroads ook voor een stevige portie plezier kunnen zorgen, is deze mono de overtreffende trap. Niet voor alle dagen, maar wel perfect voor deze driedaagse!

2024_Ducati_Hypermotard 698

Met deze accessoires maak je Hypermotard 698 nog leuker!

Ducati Hypermotard 698 Mono
Motor: vloeistofgekoelde eencilinder viertakt
CI: 659 cc
Drooggewicht: 151kg
Rijklaar gewicht: 162kg
Vanaf: € 12.790,00

Tekst en foto's: Charly de Kinderen

Geschreven op 19 september 2024
© Motoren & Toerisme