In de nazomer van 1994 stelde KTM de 620 Duke voor. De Oostenrijkers speelden daarmee in op de groeiende populariteit van wat toen nog ‘supermotards’ heette, al refereerden ze in hun Engelstalig persbericht naar de motorfiets als streetfighter. KTM had al wat ervaring wat dikke eencilinder viertakten betreft, maar tot dan waren dat altijd enduro’s of allroads (zoals de 600 Incas). Voor de aandrijving maakte KTM gebruik van z’n intussen befaamde LC4, een ééncilinder viertakt, met enkele bovenliggende nokkenas die vier kleppen bediende, en die ondertussen gegroeid is naar een forse 609 cc. Met de 620 Duke boorde KTM meteen ook een nieuw doelpubliek aan: ‘straatrijders’. Al stelt het rebelse merk duidelijk dat, “dit geen motorfiets voor ‘sissies’ is, maar voor ervaren enthousiasten.” Dat laatste was misschien ook de reden waarom de 620 Duke geen elektrische starter had, al maakte een ontluchting-systeem dat het starten van de dikke ‘mono’ nu ook weer geen onoverkomelijke klus was. Eens de LC4 aan de praat was nodigde de Duke uit tot onvervalst ‘hooligan-gedrag’, tenminste als we op de foto’s die in de magazines van destijds stonden, afgaan. KTM verkocht geen tienduizenden exemplaren van deze eerste Duke, maar zette er wel een cult-motorfiets mee op de markt. Deze ietwat vreemd vormgegeven motorfiets was meteen ook de stamvader van KTM’s Duke-dynastie en we weten allemaal hoe succesvol dat verhaal geworden is.