Centraal in het festival staat natuurlijk de muziek. Veel bekende namen kon ik niet spotten, al is Blaudzun, een van de headliners, natuurlijk geen onbekende. We hoorden echter veel authentieke rock, en heerlijk swingende rockabilly. Een streep stevige blues maakte het plaatje compleet. Jammer genoeg hadden de voorspellingen van helse weersomstandigheden een nefaste invloed op de opkomst. Jammer, want eigenlijk bleef het relatief droog op het festivalterrein, en als het even druppelde konden we schuilen in de grote hal waar tientallen ombouw en internationale custom projecten stonden uitgestald. De afwezigen hadden dus ongelijk, en wij konden lekker profiteren van onbestaande wachttijden aan de uitstekende streetfood trucks. Ook in de prachtige, antieke tent rond de ‘wall of death’ hadden we dus meer dan plaats genoeg. De houten reuzenton waarin twee heren en dames hun halsbrekende kunsten uithaalden op oude Indians en Honda’s, was een hoogtepunt van het festival. Ik had al vaak beelden gezien van dit staaltje doodsverachting, maar dat is niets vergeleken met een tweewieler die horizontaal dertig centimeter onder je neus passeert, met bijhorend motorgehuil en benzinedampen. Fantastisch. Later op de avond liep ik een van de acrobates tegen het lijf, en ze wist me te vertellen dat ze eigenlijk nog nooit ongelukken hadden gehad en dat het allemaal zo complex niet was. Gewoon die centrifugale krachten benutten. Yeah right.