Rij-indruk: H-D Pan America

Harley-Davidson is een merk in transitie. Of dat gedreven is door noodzaak, of door overtuiging laten we hier in het midden. Feit is dat ze eerst met de elektrische LiveWire en nu met de lang geanticipeerde Pan America twee radicaal nieuwe modellen hebben gelanceerd. Die eerste blijkt geen verkoopsucces, de tweede zou dat wel kunnen worden, want Harley heeft een krachttoer geleverd.

De eerste geruchten en beelden van deze Amerikaanse allroad doken twee jaar geleden op en werden toen met gemengde reacties onthaald. De styling is op z’n minst gezegd apart. Maar hoe langer ik in z’n gezelschap doorbracht hoe meer het went. 'An acquired taste’ zoals dat dan heet, maar vaak ga je de dingen die je aanvankelijk niet lekker vond op termijn net het meeste appreciëren. De toekomst zal het uitwijzen en iedereen moet zelf maar oordelen. Origineel is het in ieder geval wel, en dat verdient een pluim.

Harley heeft met deze grote allroad allerminst het warme water uitgevonden. Er staan talloze concurrenten klaar. Maar uit het niets zo ver uit je ‘cruiser comfortzone’ treden is ronduit verbazend en getuigt van lef. Toen de eerste cijfers begonnen door te sijpelen (over spanning opbouwen hoef je de Amerikanen niets te leren), deden die de wenkbrauwen fronsen. Zouden ze dat werkelijk voor elkaar hebben gekregen? 150 pk en een rijklaar gewicht dat vergelijkbaar is met de belangrijkste concurrenten. Helemaal dol werd het toen de definitieve prijzen werden gelanceerd, die een pak onder die van de uitdagers mikten. Onze interesse was in ieder geval gewekt en we knalden dan ook met veel plezier over de Autobahn naar het Westerwald waar de Amerikanen een coronaproof kamp hadden opgetrokken.

Revolution Max 1250

Zelden heb ik een groep journalisten zo stipt het vroege uur van afspraak weten respecteren, wat nog maar een bewijs is van de gespannen verwachtingen. En die verwachtingen werden ruimschoots ingelost. De eerste meters op het barkoude Duitse asfalt voelden nog even onwennig aan, maar zodra de bandjes warm liepen (Harley ontwikkelde samen met Michelin specifiek rubber voor de Pan America), groeide de glimlach en de overtuiging dat Harley een goed team van ingenieurs op dit project heeft gezet. De nagelnieuwe 1.252 cc vloeistofgekoelde V-twin heeft niets te maken met wat we gewoon zijn van Harley en draait bijzonder soepel. Helemaal onderin is het geen powerhouse, maar vanaf 4.000 toeren komen de 128 Nm koppel en 150 pk mooi in balans en gaat het geweldig vooruit. Boven de 6.000 omwentelingen wordt het helemaal genieten. Het karakter sluit dus dichter aan bij de twins van KTM en Ducati dan bij een Duitse boxer. Je moet de Pan America dus ook redelijk sportief mennen en actief schakelen, maar dat laat hij zich helemaal welgevallen. De koppeling en versnellingsbak hebben niets gemeen met de robuuste exemplaren van de stalgenoten. Een quickshifter zit nog niet in het optiepakket, maar die hebben we hoegenaamd niet gemist. Ze werken gewoon goed. En dat geldt ook voor de Brembo remmen. Ze zijn niet superkrachtig, maar bouwen mooi progressief op, en met het oog op eventuele uitstapjes naast het asfalt is dat zelfs een intelligente keuze van de Amerikanen. Remmen die dan al te krachtig ingrijpen zijn voor de recreatieve offroadrijder eerder een vloek dan een zegen. Daarover straks meer.

Adaptieve rijhoogte

We voelden ons op de weg dus prima in het zadel van de Pan America. De zithouding is perfect neutraal zoals je van een grote trail mag verwachten, al zou het stuur naar ons gevoel misschien een tikje lager mogen, om een nog wat assertievere houding te creëren. Het fijnste aspect is de ranke bouw van de Pan America. Door de hoekige snuit zou je dat niet dadelijk zeggen, maar tussen de benen voelt hij bijzonder smal en zelfs elegant aan. De knieën vallen perfect rond de tank en zo kan je met je lichaam mooi het stuurgedrag mee bepalen. Met de massacentralisatie zit het ook snor, want eens je aan de rol gaat voel je het nog steeds aanzienlijke rijklare gewicht van 258 kilogram niet meer. Met een minimum aan stuurinput, maar met vertrouwenwekkende stabiliteit knalden we al snel over het glooiende asfalt van het Westerwald. Even corrigeren toen een tegenligger zijn bocht wat ruim nam, bleek kinderspel en ook enkele series snelle S-bochten neemt deze Amerikaan moeiteloos.

De voorwaarde is wel dat je resoluut kiest voor de Sport-modus. Die levert de meest directe gasrespons - al blijft de vrije slag van het gas altijd wat lang - , maar vooral een veel strakkere veringinstelling van de semi-actieve componenten waar onze modellen mee waren uitgerust. In Road-modus mikt het geheel veel meer op comfort, maar dan komt er wat te veel leven in de brouwerij als het harder gaat. Het blijft een Amerikaan natuurlijk. Maar de elektronica is er dus, en met een simpele druk op de knop zet je alles naar je hand, zoals dat ondertussen gemeengoed is in dit segment. De Pan America beschikt over alle snufjes die zijn concurrenten ook hebben, afgezien van de quickshifter dus, en ze werken prima. Maar hij heeft ook nog iets extra’s, namelijk adaptieve rijhoogte (ARH). Dat is een primeur en kan een oplossing zijn voor kleinere rijders die toch dromen van een hoogpoter. Concreet zorgt het ervoor dat de vering bij een stop automatisch tot vijf centimeter lager zakt, waardoor je veel makkelijker met beide voeten bij de grond kan. Tijdens deze korte introductie (we mochten maximaal 24 uur op Duitse bodem blijven) konden we niet diep in de instellingen duiken, dus de werking was nog niet helemaal duidelijk. Soms moest je eerst opstappen en het contact opzetten waarna je de motor merkelijk voelde verlagen, maar dat zijn dan eigenlijk wat vijgen na Pasen. We moeten dit bij een volgende gelegenheid in detail onderzoeken, maar in theorie is het natuurlijk een puik idee.  

Backflip

Harley claimt dat je met deze Pan America overal kan geraken, en om dat te bewijzen hadden ze twee offroad-specialisten uitgenodigd die het journaille mochten begeleiden in het grind en door het zand. Met het juiste rubber om de velgen kan je met deze Pan America, net als met zijn moderne concullega’s, inderdaad aardig uit de voeten naast het asfalt. Het stuur stond op onze offroad-exemplaren ook een stuk hoger, en daardoor is het eenvoudig om de juiste rechtopstaande houding aan te nemen. De smalle bouw komt ook in deze omstandigheden het gevoel ten goede. Maar voor de recreatieve offroadrijder is de elektronica van doorslaggevend belang. Onze gidsen, een van hen is de eerste Duitser die een backflip deed met een crossmotor, bewijzen dat je zelfs met deze machines eigenlijk alles kan. Maar hun gedrag hoort thuis in de categorie ‘don’t try this at home’. Gewone stervelingen, zoals ondergetekende, kunnen terugvallen op de twee offroad-rijmodi die beschikken over een aangepaste tractiecontrole en ABS die verhinderen dat je dwarser gaat dan gepland of de wielen blokkeert. Na wat gewenning lukt het om met het nodige zelfvertrouwen door modderplassen en over heuveltjes te banjeren. Op dit soort machines van om en bij de 250 kilogram blijft het altijd werken in het zand, maar de Amerikaan brengt het er op het gevoel even goed vanaf als zijn Italiaanse, Duitse of Oostenrijkse tegenhangers. Wie ons dat enkele jaren geleden had voorspeld, zouden we weggelachen hebben.      

Fighting Chance

Harley heeft dus echt nagels met koppen geslagen met hun Pan America. Zowel op als naast de weg biedt hij bakken stuurplezier en hij doet dat voor een prijs die een stuk onder die van z’n meest rechtstreekse concurrenten blijft. Het enige minpunt is dat Harley om dat voor elkaar te krijgen wat heeft moeten besparen op de afwerking. Zo is de heel stroeve en ronduit plastiekerige bediening van het in vier standen instelbare windscherm het merk eigenlijk onwaardig. En ook het algemene gevoel van de bedieningsknoppen is bezwaarlijk premium te noemen. Nochtans een sterk punt op hun klassieke modellen. Dat is jammer en het ondergraaft een beetje de instant hoogwaardige uitstraling die we met het merk associëren. Maar veel belangrijker is dat de Amerikanen wel voor het eerst een motorfiets hebben gemaakt die qua rijsensatie en -dynamiek echt kan concurreren met zijn Europese tegenhangers. We hebben rijden met Harley, los van de LiveWire, altijd in een soort ‘Americana’-context geplaatst. We vergaven het merk dynamische beperkingen onder het mom van styling, afwerking, longinhoud en ‘heritage’. Dat zal voor het klassieke gamma hopelijk zo blijven. Maar met de Pan America laten ze nu wel zien dat ze heel wat meer in hun mars hebben. Hoe hij het zal doen tussen de massa gelijkgestemde modellen zal de toekomst uitwijzen, maar we kunnen met zekerheid stellen dat hij meer dan een fighting chance heeft.

In de volgende editie van Motoren & Toerisme die eind mei verschijnt onderzoeken we die stelling in een rechtstreeks duel met twee van de voornaamste concurrenten.  

 

Tekst: Tom Vander Sande

Foto’s: Harley-Davidson

Harley-Davidson Pan America
Motor: vloeistofgekoelde tweecilinder in V viertakt
CI: 1.252 cc
Drooggewicht: 242kg
Rijklaar gewicht: 258kg
Vanaf: € 16.495,00
Geschreven op 19 april 2021
© Motoren & Toerisme