Van kikker tot solid state
In 1786 nam Luigi Galvani een elektrochemische reactie waar met een kikker en wat metalen. Dat is het begin van de batterijtechniek, die in de toekomst garant moet staan voor onze mobiliteit en onze motorhobby. Kan dat inderdaad? En wat zijn de ontwikkelingen die dat mogelijk moeten maken?
Tekst: Peter Aansorgh
Foto's: Producenten
De werking van de accu berust op een bijzondere eigenschap van metalen: ze kunnen ietwat oplossen in een vloeistof of reageren met deeltjes in die vloeistof. Die deeltjes zijn dan afkomstig van zuren of zouten. Dat ontdekte geneeskundige Luigi Galvani per ongeluk in 1786, toen hij anatomische proeven deed met dode kikkers. Hij hing ze op aan een metalen draad en ontdekte dat ze bewogen, wanneer je ze met een staaf van een ander metaal aanraakte. Hij dacht dat hij een biologisch fenomeen had ontdekt, maar graaf Allessandro Giuseppe Antonio Anastasio Volta had door dat het om een elektrochemische reactie ging. Hij bewees dit in 1800 met de ‘zuil van Volta’, een stapel koperen en zinken plaatjes die gescheiden werden door in zout water gedrenkte kartonnetjes. Tussen de eerste en de laatste plaat van deze zuil ontstond een spanningsverschil. Dat komt doordat twee metalen van verschillende samenstelling met zout- of zuurionen van een geleidende vloeistof reageren, als ze daarmee in aanraking komen.