Meer mogelijkheden
Tegenwoordig zijn we in staat om de bestaande bronnen verder leeg te pompen met nieuwe technieken als ‘enhanced oil recovery’. Vroeger werd een oliebron als uitgeput beschouwd als hij voor een kwart leeg was, omdat de olie niet meer stroomde. Met geavanceerde stoominjectie krijgt zo’n bronn een tweede en misschien nog wel een derde leven. Dat vergroot de winbare voorraden aanmerkelijk. Olie is er dus nog tientallen jaren en ook met aardgas komen we nog wel 250 jaar toe, bij het huidige verbruik. Met ‘gas to liquids’-techniek kan je daar ook benzine of diesel van maken. Dan zijn er nog alternatieve winmethodes, zoals olie uit oliezanden en olie uit kolen. Ook kan er uit zogenaamde schalielagen dankzij nieuwe technieken gas en olie worden gewonnen, al gebeurt dat vaak met behulp van chemicaliën, met alle milieuproblemen van dien. De vraag is dus of niet alleen of alternatieve bronnen technisch te exploiteren zijn, maar ook of die methodes maatschappelijk aanvaardbaar zijn. Zo geven olie en kolen CO2-uitstoot, kernenergie geeft radioactief afval en windmolens zorgen voor ‘horizonvervuiling’. De vraag is hoe de samenleving op een bepaald moment over een bepaalde vorm denkt. Een mooi voorbeeld is oliezandwinning. Dat stuit op weerstand omdat de open mijnen de natuur zouden verwoesten. Toch kan je zo’n gebied later herinrichten, zelfs tot natuurgebied.