Kiste Trui is de hoofdpersonage uit een volksverhaal dat zich in de buurtschap de Riethorst bij Plasmolen aan de voet van de Mookerheide zou hebben afgespeeld. Trui was bezeten van de gedachte een schatkist met de krijgskas van Lodewijk en Hendrik van Nassau, die bij de Slag op de Mookerheide in 1574 sneuvelden, te vinden. Deze kist zou in de toenmalige moerassen aan de voet van de heuvels zijn verborgen. Trui heeft haar hele leven naar de kist gezocht, vandaar haar bijnaam. Dag na dag spitte zij met haar spade de grond om, tot ze er simpel van werd. De kist met geld is nooit gevonden. Op het Raadhuisplein in Mook staat een bronzen standbeeld van haar van Peter Roovers. Ook het kapelletje van Onze-Lieve-Vrouw van de Dwaallichtjes aan de Mortel in Mook herinnert aan het verhaal. Naar Kiste Trui is ook het lokale gilde van restaurants genoemd.
BronBron: Wikipedia
Auteursrechten:
Auteur:
Meer informatie
Nationaal Park De Meinweg is een nationaal park met een omvang van ongeveer 18 km² in de Nederlandse provincie Limburg ten oosten van Roermond, gemeente Roerdalen. Het wordt beheerd door Staatsbosbeheer.
Het gebied wordt langs drie zijden omsloten door Duitsland en is onderdeel van het Duits-Nederlandse Grenspark Maas-Swalm-Nette. De Meinweg bestaat uit een voor Nederland uiterst zeldzaam terrassenlandschap met steile overgangen tussen deze terrassen. Het hoogste punt in het gebied is het Wolfsplateau met circa 80 meter boven NAP. Dit unieke landschap is in de loop van tienduizend jaren ontstaan door inschuring van het water van de Maas en Rijn in combinatie met drie breukvlakken in de aarde die door het nationaal park lopen . De Meinweg wordt dwars doorsneden door twee beken, De Rode Beek en de Boschbeek, die het water van de plateaus naar de Roer voeren.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
Posterholt is een kerkdorp in Nederlands-Limburg en was tot 1991 een zelfstandige gemeente, die zich samen met de voormalige gemeenten Sint Odiliënberg en Montfort heeft gefuseerd tot de gemeente Ambt Montfort. Sinds 2007 maakt het deel uit van de gemeente Roerdalen.
Het dorp is als een lint ontstaan aan de noordelijke oever van de Vlootbeek, het dorp strekt zich daardoor uit over een lengte van circa 5 kilometer. De doorgaande weg tussen de steden Roermond en Heinsberg langs de lintbebouwing is later verplaatst naar de noordelijke zijde van het dorp (de N293).
Aan de westelijke zijde van het dorp ligt het gehucht Reutje, een paar kilometer noordelijker de plaats Vlodrop en oostelijk, voorbij de nabijgelegen grens met Duitsland, het dorp Karken. De doorgaande weg naar Roermond gaat verder richting Sint Odiliënberg, dat door nieuwbouwwijken langzaam dichter naar Posterholt groeit.
Posterholt ligt nog steeds in een vrij uitgestrekt en landelijk gebied, aan de zuidkant liggen bossen.
De naam Posterholt betekent letterlijk 'hogergelegen bos'. Posterholt ligt op een hoogte van 65m boven NAP. In dit dorp wonen iets meer dan 4500 mensen.
BronBron: Wikipedia
Auteursrechten: Creative Commons
Auteur: RouteYou Info
Meer informatie
Het Plateau van Doenrade of Plateau Noord is een plateau in het Heuvelland in Nederlands Zuid-Limburg dat ontstaan is door de erosie van omliggende rivieren en beken. Het gebied is een golvende laagvlakte. Ze strekt zich uit van Sweikhuizen in het zuidwesten, Windraak en Kollenberg in het noordwesten, het Duitse Hillensberg in het noorden, Merkelbeek in het oosten en Terschuren en het noordelijk deel van Hoensbroek in het zuiden. Het plateau is vernoemd naar het dorp Doenrade dat enigszins in het midden van het plateau ligt. Het plateau ligt ongeveer op 100 meter boven NAP .
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
Het Mijnverleden heeft in Zuid-Limburg en vooral in de Westelijke Mijnstreek een onuitwisbare indruk achter. De gedachte aan deze periode mag uiteraard nooit verloren gaan. Het oude Mijnspoor van Schinnen tot Hoensbroek is hiertoe speciaal ingericht. Behalve de 8 Mijnspoorbanken en 20 educatieve Mijnspoorpalen is hier een Reuzenmijnlamp te vinden. Middels een drukknop zijn kinderstemmen te horen die over deze belangrijke Zuid-Limburgse mijnhistorie vertellen. De energie hiervoor wordt overigens opgewekt via zonne-energie. De Mijnspoorlocatie is te vinden via de
Beekdalroute (code SC09 op de Parkstad-wandelkaart) van de gemeente Schinnen. Meer informatie omtrent dit project is te vinden via
www.mijnspoorpad.nl.
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Visit Zuid-Limburg
Meer informatie
Het overgavestation aan de oostzijde van het emplacement bij het station van de Nederlandse Spoorwegen in Nuth, is rond 1910 in bedrijf gekomen. Toen het Julianakanaal -Het Julianakanaal is een kanaal dat een deel van het water van de Maas doorvoert- in 1934 gereed was en werd geopend op 16 september 1935, werden meer en meer kolen die de staatsmijn Hendrik en de staatsmijn Emma produceerden rechtstreeks naar de Staatsmijnhaven in Stein vervoerd. Dit gebeurde op het in 1930 gereedgekomen mijnspoor, dat vanuit Nuth en Schinnen (later werd hier schacht Schinnen op aangesloten) richting staatsmijn Maurits en uiteindelijk richting Stein voerde. Hierdoor nam de bedrijvigheid op het emplacement in Nuth sterk af en vele spoorwegpersoneel vertrok hierdoor dan ook uit Nuth. Na de mijnsluitingen is de kolenverlaadplaats voornamelijk gebruikt als suikerbietenverlading. Hier werden alle suikerbieten uit Limburg verladen.
.
Auteur: Michel
Meer informatie
Mediterrane planten zijn de specialiteit van de kwekerij Bastin. Je kan er ook advies krijgen welke plantjes je moet gebruiken om heerlijke gerechten klaar te maken.
Auteur:
Meer informatie
Het prachtige landgoed midden in Aalbeek kent een roerige geschiedenis. Van de oorspronkelijke gebouwen is alleen nog het neoclassicistische, gerenoveerde koetshuis Villa Aalbeek over. Op het voormalige landgoed staan nog enkele zeldzame bomen, waaronder een enorme mammoetboom met een omtrek van bijna vijf meter! Vlakbij Villa Aalbeek staat een zuil met het Latijnse opschrift ‘Aalbeek centrum orbis’: Aalbeek als centrum van de wereld, vanwege de centrale ligging in Zuid-Limburg en West-Europa, ‘de oude wereld’.
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Visit Zuid-Limburg
Meer informatie
Het Klooster Ravensbosch is een voormalig klooster in de gemeente Valkenburg aan de Geul in de Nederlandse provincie Limburg. Het klooster ligt helemaal in het noorden van de gemeente ten westen van Arensgenhout en ten oosten van het Ravensbosch. Aan de noordzijde van dat bos ligt, niet ver van het klooster vandaan het terrein waar de Romeinse villa Op den Billich gevonden is.
Geschiedenis
In 1885 werd door de paters Oblaten van de Onbevlekte Maagd Maria een klooster gebouwd met daarbij een school en pensionaat waar nieuwe paters opgeleid konden worden.
In 1890 werd de oostvleugel verhoogd met drie bouwlagen.
In 1896 werden de drie extra bouwlagen verstevigd door drie traptorens.
In 1900 bouwde men in contrasterende stijl een kapel naar het ontwerp van architect Peters uit Aken.
Aan het einde van de 20e eeuw verkocht men het klooster en in 1993 bouwde men naast het complex een nieuw complex met geschakelde bungalows.
Opbouw
Het witte gebouw is opgetrokken in neoclassicistische stijl en is E-vormig. Midden achter de oude ingangspartij is de kapel gebouwd in baksteen. De kapel heeft drie beuken, rondbogen en grote kapitelen rustend op zware pilaren.
Auteur: Michel
Meer informatie
Dit beeld zal je zeker opvallen. Het is een beeld die een naakte vrouw voorstelt glurend over de Geul.
Auteur:
Meer informatie
VVV Limburg, kantoor Valkenburg, is gehuisvest in een prachtig oude gebouw aan de markt.
Auteur:
Meer informatie
De Cauberg is een heuvel, helling en straat in de Nederlands-Limburgse gemeente Valkenburg aan de Geul. De Cauberg is vooral bekend uit de wielersport; de helling werd vele malen in het parcours van belangrijke kampioenschappen opgenomen. Daarnaast bevinden zich op de Cauberg enkele belangrijke toeristische attracties, gedenktekens en rijksmonumenten. De weg is onderdeel van de provinciale weg 590.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
Dorpstraat 78, Sibbe: Het Sibberhuuske of Villiartshof
Het Sibberhuuske, ook Villiartshof genaamd, stamt deels uit de 14e eeuw. Als een groot leen van de Heerlijkheid Oud-Valkenburg, kwam het in de 15e eeuw aan de Heren van Ghoor en diende het als Schoutenhuis. In 1568 steunde Maria van Ghoor Prins Willem van Oranje bij diens plannen voor een veldtocht naar Brussel tegen Landvoogdes Isabella van Castillië, de dochter van Philips II. Dit leidde, op Aartshertog Alva's bevel, tot hun verbanning en confiscatie van het Huis. Isabella schonk het aan de Baronnen van Billehê uit Huy (België).
In de 17e eeuw komt het Sibberhuuske in handen van Generaal Van Volckershoven. Zijn dochter trouwt een Hugenoot is Staatse dienst, te weten Jaques de Chalmot du Portal. Het is hun alliantiewapen dat de inrijpoort siert.
Het Sibberhuuske is een Rijksmonument en is in Genève geregistreerd op de Internationale Lijst van Beschermde Monumenten.
BronBron: Van Harte Eijsden Margraten
Auteursrechten:
Auteur: Eijsden-Margraten
Meer informatie
Venre ad Me omnes, hoek Scheuldersteeg en Scheulder Dorpsstraat, Scheulder
Betonnen beeld van het vrome volk van Scheulder aan zijn koning en verlosser
BronBron: Van Harte Eijsden Margraten
Auteursrechten:
Auteur: Eijsden-Margraten
Meer informatie
LichtGrafitti, Scheulder Dorpsstraat, Scheulder
Glastegels in het trottoir. In de glastegels zijn inscripties te zien, die hoog in de kerktoren zijn aangetroffen. De moeilijk bereikbare plek, deels verboden terrein, bewaarde het geheim van ingekraste namen in de zachte mergelsteen van jonge Scheuldenaren vanaf 1870. Ontwerpster van het kunstwerk is Diana Ramaekers
BronBron: Van Harte Eijsden Margraten
Auteursrechten:
Auteur: Eijsden-Margraten
Meer informatie
Afgedekte Zjwingelput Sjuuëlder (Scheulder)
De zwingelput van Scheulder voorzag de inwoners van het kerkdorp van fris drinkwater. En als "waswater" voor het wassen van de boter, die op bijna iedere boerderij werd gemaakt. De put had twee emmers. Als de ene naar beneden ging, kwam de andere boven. De volle emmer werd in de trog geleegd en het water liep via de trog in de emmer van de putganger. De overlevering leert ons dat de put van Scheulder even diep was als de kerktoren hoog is (35 á 36 m). Wanneer de put is geslagen, is onbekend. De put dateert met zekerheid van voor 1893, omdat er op 21 juni 1893 in een brief aan de commandant der Brigade Koninklijke Marechaussee melding wordt gemaakt dat "op 17 juni door de meid der kinderen Ploumen tijdens het putten van uit de gemeenteput een dooie kat is bovengehaald." Omstreeks 1950 is het puthuisje afgebroken en is er een betonnen deksel op geplaatst. Dit deksel gaat nu schuil onder de rode cirkel in de tuin. De put zelf is nooit drooggevallen of gedempt.
Op 10 mei 1940, bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, hadden de Nederlandse soldaten tussen Scheulder en Ingber een barricade opgeworpen, welke spoedig door Duitse tanks werd overreden. Op hun vlucht gooiden de Nederlanders hun geweren en hele uitrusting in de Scheulderse put en maakten dat ze wegkwamen. Na de oorlog is met een soort anker nog geprobeerd de geweren uit de put te vissen. Dat is overigens niet gelukt.
Op de bovenste foto de situatie in Scheulder omstreeks 1925. Op de onderste foto ziet u wat vandaag de dag nog herinnert aan de put: een cirkel van klinkers, gelegd in de betonnen deksel die de putschacht afsluit.
Auteur: Eijsden-Margraten
Meer informatie
De Galling, Bruisterbosch
De Galling herinnert aan de hoge galg van de Heerlijckheid Mheer, die precies op deze plek heeft gestaan. Het executiewerktuig was een zichtbaar machtssymbool van de Kasteelheer van Mheer. De galg werd opgericht in 1564 en afgebroken toen Napoleon de macht overnam in 1795. Tot aan de Franse overheersing was deze plek tevens een vierlandenpunt van de Heerlijckheden Mheer, Breust, Margraten en Gulpen.
BronBron: Van Harte Eijsden Margraten
Auteursrechten:
Auteur: Eijsden-Margraten
Meer informatie
Zjwingelput Bauwerkoel Termaar
Hoe klein het buurtschap Termaar bij Margraten ook mag zijn, het heeft maar liefst twee waterputten. De eerste bevindt zich "I Gen Bauwerkoel" bij de gelijknamige poel "De Bauwerkoel". Het puthuisje is in 2009 bijzonder fraai gerestaureerd. De houten overkapping staat op een gemetselde borstwering en is gedekt met dakpannen. De katrol en het putwiel ontbreken niet. De put is zo'n 45 meter diep. Afhankelijk van het grondwaterpeil bevat de put water of staat hij droog.
Auteur: Eijsden-Margraten
Meer informatie
Zuid-Limburg is een uniek stukje Nederland. Bekend om het groene golvende heuvelland, de vele kastelen en vakwerkboerderijen, zijn heggen, bloeiende boomgaarden, graften, en holle wegen, de bijzondere natuur (zoals de korenwolf en de oehoe), de rijke Limburgse taal, cultuur en tradities en (- niet te versmaden - ) zijn lekkere streekproducten. Deze unieke eigenschappen maken dat Zuid-Limburg een gebied is met een geheel eigen identiteit. Niet voor niets heeft dit gebied het predicaat 'Nationaal Landschap' gekregen, een titel die alleen aan bijzondere landschappen gegeven wordt en waar alle Zuid-Limburgers trots op mogen zijn.
BronBron: VVV Zuid-Limburg
Auteursrechten:
Auteur:
Meer informatie
Gebouwd in 1924, liep het grote tramviaduct over het dal van de Gulp ter hoogte van de voormalige forellenkwekerij in Euverem, om vervolgens nabij de huidige Woutergraafsweg in het dal aan te komen.
Het viaduct was onderdeel van het traject Gulpen-Margraten. Komende vanaf het station van Gulpen liep de tramlijn langs de locomotievenloods (over wat nu de Tramweg heet) richting het zuidwesten. Aan de westzijde van de Gulpenerberg (bij het huidige zwembad Mosaqua) liep de trambaan tussen de parallelle Landsraderweg en Molenweg/Pesakerweg om aldaar geleidelijk een steeds hoger talud (zo'n 700 meter lang) op te rijden aan de zuidwest- en zuidzijde van kasteel Neubourg. Het uiteinde van dit talud vormde het oostelijke landhoofd van de 612 meter lange overspanning bestaande uit 51 brugdelen, rustend op 50 stalen pijlers op een betonnen fundering. Het Gulpdalviaduct had een hoogte die varieerde van 8,5 tot 17 meter en moest het hoogteverschil tussen beide uiteinden overbruggen. Dit viaduct overspande in een vrij sterke boog het Gulpdal met de Gulp en doorkruiste Euverem ter hoogte van de viskwekerij. Het westelijke landhoofd lag in Euverem ten noordoosten van het tegenwoordige bungalowpark aan het uiteinde van een talud van ongeveer een halve kilometer lang. In het talud lag halverwege een poort zodat veldwegen de tramlijn konden kruisen.
Auteur: Michel
Meer informatie
Gulpener Bierbrouwerij BV is een zelfstandige familiebrouwerij uit Gulpen in de Nederlandse provincie Limburg.De brouwerij werd in 1825 opgericht door Laurens Smeets onder de naam Gulpener Bierbrouwerij de Gekroonde Leeuw. Op 14 september 1826 werd het eerste bovengistend bier afgeleverd.In 1840 erfde zijn zoon Jan Michiel Smeets de brouwerij. Nadat deze zich terugtrok uit het familiebedrijf werd het bedrijf voortgezet door zijn zonen Guillaume en Edmond en zijn schoonzoon Jean Renier Eduard Rutten. In 1896 startten deze drie een vennootschap onder de firmanaam “E.Smeets”.Vanaf 1902 kwam Paul Rutten zijn vader in de zaak bijstaan en in 1922 werd de vennootschap ontbonden. De brouwerij werd uiteindelijk voortgezet door Paul Rutten onder de naam Rutten's Bierbrouwerij De Zwarte Ruiter. De naam De Zwarte Ruiter kwam enige tijd in handen van een onroerend-goed-magnaat. Op 10 december 1931 bracht Paul Rutten alles in een N.V. onder, “N.V. Gulpener Bierbrouwerij, Distilleerderij en Azijnfabriek.” Later kocht men de naam De Zwarte Ruiter terug en gebruikte men deze brouwerijnaam op het bier Mestreechs Aajt. Intussen was de brouwerij in Gulpen in 1913, vlak voor de Eerste Wereldoorlog, uitgebreid en omgebouwd, zoals vele brouwerijen in Nederland omdat men voortaan ondergistend bier wilde gaan produceren.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
De oude kerktoren van Gulpen is de romaanse kerktoren van de verdwenen Sint-Petruskerk in het dorp Gulpen in de tegenwoordige gemeente Gulpen-Wittem in de Nederlandse provincie Limburg. De kerktoren staat aan de Prof. Cobbenhagenstraat en is gelegen op een heuvel in het dorp.
Tegen de kerktoren is de pastorie gebouwd en naast de toren ligt het kerkhof. De toren is een rijksmonument.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
De molen lag achter de brouwerij aan de Rijksweg in Gulpen en werd gebruikt als moutmolen. Het waterrad van deze watermolen stond op het riviertje de Gulp, Achter ’t Löfke. De brouwerij met de molen werd in 1825 opgericht door Laurens Smeets onder de naam Gulpener Bierbrouwerij "De Gekroonde Leeuw". In 1840 erfde zijn zoon Jan Michiel Smeets de brouwerij. De molen had destijds een houten middenslagrad met een doorsnee van 3 meter, en 75 centimeter breed. Stroomopwaarts ligt de Neubourgermolen. De Veldmolen was de laatste van 9 watermolens op de Gulp, voordat deze bij Gracht Burggraaf uitmondt in de Geul.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
Aan de Hilleshagerweg kan je een prachtig voorbeeld zien van vakwerkpanden. Vakwerk is een historische bouwwijze om wanden te maken waarbij een houten gebintconstructie wordt ingevuld. De invulling bestond oorspronkelijk uit vlechtwerk van wilgentenen, eik, vuilboom of hazelnoot dat werd bestreken met een mengsel van stro en leem.
BronBron: Wikipedia
Auteursrechten:
Auteur: Natuurmagazine Roots
Meer informatie
Ontwerper: Ivanowitch Nosker 1889-1992 Nederland
Architect en bioloog met grote liefde voor staal.
Dit ontwerp draagt de titel: Stairs to Heaven en werd ontworpen ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling Pisa 1991.
De drie zuilen die u ziet maakten deel uit van een quartet en stonden opgesteld in een harmonisch vierkant.
De vierde zuil werd geschonken aan het Rijksmuseum te Amsterdam en doet thans dienst als klimplaten houder zodat natuur en architectuur 1 worden.
Ook deze 3 zuilen volgen het voorbeeld van het Rijksmuseum.
Zuilen zijn niet te koop
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Wizpr.guide
Meer informatie
Eerste Nederlandse Cement Industrie (E.N.C.I.)
In tegenstelling wat de naam van de Maastrichte cementfabriek E.N.C.I. doet vermoeden stond de eerste cementfabriek van Nederland niet in Maastricht, maar in Vijlen!
Op 18 juni 1875 kregen Willem van Reij (apotheker uit Vaals), Jacob Kalf (bouwkundige uit Aken) en Hendrik Scheins (koopman uit Aken) toestemming om in Vijlen een cementfabriek in gebruik te nemen.Waarom Vijlen? De Romeinen hadden ontdekt dat dit gebied rijk aan mergel was. Het 'caementum', bedoeld om er huizen en gebouwen mee te bouwen, maakten zij door gedolven kalksteen te branden. In Vijlen was volop kalksteen aanwezig.De kalksteen die gebrand werd, was ‘Kalksteen van Vijlen’, behorend tot de ‘Formatie van Gulpen’. Dit is kalksteen met een vrij groot kleigehalte van 20 tot 22%. Het hoge klei-percentage is gunstig voor de cementproductie.Vijlen werd een industrieel centrum, dit zorgde voor de oprichting van een tweede fabriek in 1894. Rond 1899 werd deze officieel geopend.
De nieuwe fabriek stond in het dal van de Lombergerbeek. De fabriek was door een houten brug van 60 meter lang en de tunnel onder de straat Vijlenerberg met de groeve verbonden.In 1919 stopte de productie van de fabriek. Er was nauwelijks nog vraag naar cement en de steenkool was te duur geworden.
Op 1 december 1927 kocht de E.N.C.I. de fabriek en probeerde haar weer rendabel te maken. Helaas is dit niet gelukt.
Op 16 juni 1929 werd het bedrijf definitief stilgelegd. Het terrein werd verkocht, onder de voorwaarde dat er geen industrie gevestigd zou worden.
Bron: Vijlenplein.nl
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Wizpr.guide
Meer informatie
Het uitzicht vanaf de rand van het Vijlenerbos is indrukwekkend. In het warme ochtendlicht stralen felle herfstkleuren van de bomen. Berken, esdoorns en beuken strijden met elkaar om de blik van de wandelaar. De kerk van Vijlen – het enige bergdorp van Nederland – hoeft niet mee te doen in deze strijd. Machtig steekt zij boven het omringende landschap uit en is daardoor niet te missen. Vanaf een bankje kun je het ontwaken van de dag in alle rust tot je nemen, inclusief een onophoudelijk gratis vogelconcert op de achtergrond.
Auteur: Natuurmagazine Roots
Meer informatie
Frankenhofmolen ( "de Gouw" )
De oorsprong van deze molen is bijzonder. Er stond in de 17-de eeuw een kopermolen. Dat was een industrietak die alleen in de zuidoosthoek van Zuid-Limburg voorkwam. De ertsen werden hier vermalen. De zink kwam uit de zinkmijnen in La Calamine en Plombière, het koper uit de Harz en uit Scandinavië. Dat laatste is een goede verklaring waarom een van de oude eigenaren een man uit Göteborg was, Bartholomeus Fredericus Fauche.
De kopermolen werd in 1736 vervangen door een groot complex met volmolen en diverse ateliers met weefgetouwen die eerst door de molen werden aangedreven. De Vaalser lakenindustrie was bekend. In de loop der tijd is er gesponnen, geweven,wollen laken 'gevold' en zijn er dekens gemaakt. In de 19-de eeuw wordt Richard Boventer uit Vaals vermeld als eigenaar. In 1885 kwam er een apart gebouw bij de molen waarin een stoommachine voor de aandrijving van de machines stond.
De molen brandde in de loop der tijd twee keer helemaal uit en werd weer gerestaureerd. Het gebruik als industrieel complex loonde. In 1905 verdwijnen de weefgetouwen en spinnerij en wordt de molen een graanmolen. Een ontwikkeling die vaker bij watermolens plaatsvond. Door het makkelijker beschikbaar komen van elektriciteit en benzinemotoren wordt dat voortaan energiebron. Na de oorlog zet het verval in wat ondanks alle inzet van de eigenaar tot voor kort duurde.
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Wizpr.guide
Meer informatie
Dit prachtige kasteel dateert uit de vijftiende eeuw. In het bijzonder fraaie park naar Engels ontwerp ligt een mausoleum verscholen waar de rijke Akense lakenhandelaar Johan Arnold van Clermont begraven. Naast de fantastische hotelaccommodatie omvat Vaalsbroek een vermaard Spa & Wellness Centre met massage- en schoonheidsbehandelingen en sauna-, zwem-, en fitnessmogelijkheden.
Auteur: Bezin in Limburg
Meer informatie
De Joodse begraafplaats van Vaals is gelegen aan de Linderweg. Naast een Joods deel is er ook een hervormd deel met daarop diverse zeer pompeus uitgevoerde grafmonumenten.
Veel Joodse inwoners heeft Vaals nooit gehad. Het waren er slechts enkele tientallen. Geen van hen keerde in Vaals terug na de Tweede Wereldoorlog; allen zijn gedood. De Joodse gemeenschap van Vaals was slechts enkele jaren zelfstandig: van 1827 tot 1862. Daarvoor en daarna behoorden ze tot Eijsden. In 1900 bloeide de gemeenschap heel even op door samen te voegen met de Joodse gemeente van Gulpen. De zetel van de gemeente was in Vaals.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
Vaals ) is een plaats en gemeente in het zuidoosten van de Nederlandse provincie Limburg. Vaals heeft een oppervlakte van 23,90 km² en een inwonertal van 10.113 . Vaals is de gemeente met het hoogste percentage inwoners met een westerse migratieachtergrond, op 1 januari 2020 had 46,8% van de inwoners een westerse migratieachtergrond. Omdat Vaals een buurgemeente is van het Duitse Aken heeft in totaal 35,7% van de inwoners een Duitse migratieachtergrond.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie
De "Kleng Wach" , een voormalig douanekantoortje, is het kleinste museum van Nederland en is ingericht met interessante foto's, kaarten en grensstenen. Het is gebouwd omstreeks 1890. Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt deze grensovergang op last van de Nederlandse overheid hermetisch afgesloten met prikkeldraad. Begin twintiger jaren van de vorige eeuw wordt de barrière weggehaald en kunnen de bewoners van het aangrenzende (Duitse) Vaalserquartier enkele uurtjes per dag inkopen doen in Vaals. Eind dertiger jaren wordt de grensovergang nu op last van het Duitse gezag weer afgesloten door middel van ijzeren paaltjes. Als de Duitsers op 10 mei 1940 ons land binnenvallen blijkt dat de afrastering is verwijderd en een verplaatsbare prikkeldraadversperring is aangelegd, zodat Duitse troepen over deze grens richting België kunnen oprukken. Na de oorlog wordt deze grensovergang bewaakt door Nederlandse militairen (groot-verlofgangers) en douane (kommiezen). In deze periode ontstaat ook de naam Klèng Wach (klein wachthuisje). In 1951 wordt op last van de Duitse overheid de grensovergang aan de Akenerstraat voor de derde keer hermetisch afgesloten. Deze keer is het een ijzeren poort, die door de Vaalser bevolking "Iesere Jardieng" (ijzeren gordijn) wordt genoemd. Eind 1959 gaat dit dranghek voor enkele uren per week open en in een houten bouwkeet aan Duitse kant kunnen de bewoners van Vaalserquartier, die in deze tijd massaal inkopen doen in Vaals, hun goederen inklaren. Eind zeventiger jaren, de grensovergang wordt nog steeds bewaakt, verdwijnt het ijzeren gordijn en komen er betonnen paaltjes voor in de plaats. Na het Verdrag van Schengen zijn er geen vaste grensposten meer en raakt de Klèng Wach in verval. In 1993 wordt de gemeente Vaals eigenaar van het douanehuisje en verhuurt dit aan de Heemkundekring Sankt Tolbert, die er een museumpje heeft ingericht; het kleinste museum van Nederland.
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Visit Zuid-Limburg
Meer informatie
Op het Drielandenpunt, vlak bij de Wilhelminatoren, is het vliegermonument te vinden.
Op 27 juni 1932 stegen vanaf vliegveld 'De Kooy' in Den Helder de luitenant ter zee 1e klasse C.A. Weemhof met sergeant-vliegtuigmaker-vlieger W.J. Nijhof op voor het maken van een oefenvlucht.
Ze werden vergezeld door nog twee vliegtuigen. Boven het Vaalser bos is het vliegtuig in moeilijkheden geraakt. De omstanders dachten dat het zou gaan landen op de weide, welke als vliegveldje dienst deed. Het vliegtuig is om nog onverklaarbare redenen echter neergestort.
Om de vijf jaar wordt er een herdenking gehouden op 27 juni (2017). Ter nagedachtenis van de omgekomen vliegers is ter plekke een monument opgericht.
Het monument is opgetrokken uit steen. Eerst was het voorzien van een houten propeller. Deze is echter later vervangen door een exemplaar uit aluminium.
BronBron:
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur: Visit Zuid-Limburg
Meer informatie
De toeristische plaats "Uitzichttoren Vaals" is gelegen in Vaals.
BronBron: Tele Atlas
Auteursrechten: All rights reserved
Auteur:
Meer informatie
De Koning Boudewijntoren of Boudewijntoren is een 50 meter hoge uitkijktoren, gelegen op het Belgische deel van de Vaalserberg in de nabijheid van het Drielandenpunt. De toren is bedoeld voor toeristen.
Bij de Vaalserberg staat iets naar het noorden ook de Wilhelminatoren en ligt het Labyrint Drielandenpunt. Ongeveer 50 meter verderop gaat de Gemmenicherspoortunnel door de Vaalserberg.
Auteur: Wikipedia
Meer informatie