Het toerlijstje: Vijf Honda’s uit 1999

Nadat we eerder al de toer-BMW’s uit de ‘nillies’ belichtten, richten we ons vandaag we op toerlustige Honda’s. En dan meer bepaald vijf modellen uit het jaar 1999. Waarom precies dat jaar? Omdat 1999, aan de vooravond van een nieuw millennium gerust als een scharnierjaar mag worden beschouwd. Als je op ‘pure’ toermodellen mikt, vond je er toen maar drie in de Honda-catalogus, maar daarnaast vonden we nog twee ‘toerwaardige’ buitenbeentjes. We hebben de toer-Honda’s uit 1999 in oplopende volgorde volgens cilinderinhoud gerangschikt.

 

1.  NT650V Deauville

In 1999 was de Deauville aan z’n tweede modeljaar toe. De Deauville mag als de toerversie van de NT650 Revere worden beschouwd, want beiden deelden hetzelfde frame en dezelfde kleine V-twin motor. De Deauville was een echte toermachine met een kuip die goede bescherming bood tegen de weerselementen en geïntegreerde zijkoffers. De V-twin had een cilinderinhoud van 647cc en had drie kleppen per cilinder. Het piekvermogen van 55,7 pk (aan 8.000 opm) werd per cardan naar het achterwiel overgebracht. Het koppel bedroeg 55 Nm. Het drooggewicht bedroeg 223 kg.

Destijds telde je 299.000 BEF of 18.995 NLG neer voor een Deauville. Nu vind je Deauvilles van 20 jaar oud voor een prijs tussen € 1.100 en € 2.500.

 

2. XL 1000 V Varadero

 

Aan allroads had Honda in 1999 geen gebrek want zowel de (XL 600 V) Transalp, als de (NX 650) Dominator en de (XRV 750) Africa Twin stonden toen nog in de catalogus. Met de Varadero, die in 1999 z’n debuut maakte, bracht Honda echter een weggerichte hoogpoter. Anders dan z’n allroad-broertjes had de Varadero geen trail- maar wegbanden én had hij gegoten wielen. Bovendien voorzag Honda meteen ook optionele zijkoffers én een topbox voor de Varadero. Het hart van de Varadero was een 996cc metende V-twin, die hij deelde met de VTR 1000. Die produceerde een piekvermogen van 95 pk (aan 8.000 opm) en een maximaal koppel van 99 Nm (aan 6.000 opm). Een ketting stond in voor de secundaire transmissie.

Honda wou met de Varadero aansluiting krijgen bij het pelotonnetje weggerichte hoogpoters dat destijds reeds door de BMW R 1100 GS werd aangevoerd. De Varadero was net als andere topmodellen van Honda met het Dual Combined Brake System (DCBS) uitgerust. Dat zorgde ervoor dat je tegelijkertijd voor- en achteraan remde. Met een tank van 25 liter en een kuip en ruit die de nodige windbescherming boden had de Varadero de nodige toerkwaliteiten.

 In 1999 werd de Varadero aan 395.000 BEF of 24.995 NLG geïntroduceerd. Voor een Varadero uit 1999/2000 betaal je tegenwoordig tussen de € 2.000 en € 2.600.

 

3. ST 1100 Pan European

 

In 1999 was de ‘Pan’ reeds een routinier binnen het Honda-gamma en wellicht de meest uitgesproken toermachine uit dit lijstje. De krachtbron van de Pan European was een in de lengterichting geplaatste V4 met een blokhoek van 90°. De 1084cc metende motor produceerde 100 pk (aan 7.500 opm) en had een maximaal koppel van 110 Nm (aan 6.000 opm). Omdat de V4 in de lengterichting was geplaatst kon Honda de Pan European met een cardanas uitrusten. De Pan European stond destijds bekend als comfortabel reismotor. Dat kwam zelfs nog meer tot uiting op de AV-versie die naast ABS ook met DCBS en een tractiecontrole-systeem was uitgerust. Met z’n 287 wierp de Pan European wel wat gewicht in de schaal. Ook de prijs was destijd als niet van de lichtste.

Voor de AV-versie betaalde je in 1999 599.000 BEF of 36.995 NLG.  Voor de V-basisversie betaal je tegenwoordig rond de € 2.500, voor de AV-versie komt daar nog eens zo’n € 500 bij.

4. CBR 1100 XX Super Blackbird

 

Met z’n piekvermogen van 164 pk (aan 9.500 opm) gold de CBR 1100 XX niet meteen als toermotor. Maar een pure sportmotor was Honda’s antwoord op de Kawasaki ZZR 1100 ook niet echt. Laten we het er maar ophouden dat de CBR 1100 XX een sport-toermachine was. Met de CBR 1000 F had Honda overigens nog zo’n sportieve toermachine in de catalogus staan, maar wij verkozen de modernere CBR 1100 XX. Die werd voor modeljaar 1999 overigens van Blackbird herdoopt naar Super Blackbird. Honda had de machine immers na de twee eerste modeljaren (’97-’98) onder handen genomen. Het gevolgd daarvan was een zuinigere en ook milieuvriendelijkere viercilinder in lijn van 1137cc. Met een hertekend luchttoevoer-traject en een grotere tankinhoud (24 liter), was de Super Blackbird nog beter voorbereid om (snel) kilometers te vreten. Uiteraard was de Super Blackbird ook voorzien van het DCBS-remsysteem.

Destijds betaalde je 485.000 BEF (of 29.995 NLG) voor de Super Blackbird. Tegenwoordig vind je ze voor een prijs tussen € 2.500 en € 4.000

 

5. GL 1500 SE Gold Wing

 

In 1999 was de Gold Wing, net als nu, al een klassieker. De modelnaam was op dat ogenblik net geen kwarteeuw oud en de GL 1500 SE was al aan z’n 11e modeljaar toe. Ook toen was de Gold Wing ‘The Big Daddy’, niet alleen van het Honda-gamma, maar ook onder de toermodellen. Maar met de komst van de BMW K 1200 LT en de Yamaha XVZ Royal Star Venture werd duidelijk dat ook andere merken een stuk van de luxe-toermarkt wilden inpikken. Toch bleef de Gold Wing op één vlak altijd het verschil maken en dat was z’n krachtbron. De ‘flat six’, zescilinder boxer was in de lengterichting geplaatst en had een cilinderinhoud van 1540cc. Dat leverde een vermogen van 100 pk (aan 5.200 opm) en een koppel van 150 Nm (aan 4.000 opm) op. Ook de Gold Wing deed een beroep op een cardan als secundaire transmissie. Ondanks z’n onbetwiste positie binnen de Honda-pikorde zaten ABS en DCBS er niet in voor de Gold Wing. Dat kwam omdat de GL 1500-variant destijds, in 1999, op z’n laatste benen liep. Vanaf 2001 werd hij vervangen door de GL 1800.

Voor een nieuwe Gold Wing betaalde je in 1999 749.000 BEF of 47.455 NLG. Voor GL 1500 versie uit 1999 of 2000 betaal je nu tussen de € 6.500 en € 7.500.

Tekst: Bart Jacobs

Foto's: Archief Motoren & Toerisme

Geschreven op 22 maart 2019
© Motoren & Toerisme