Roes
Na nog maar eens een frisse ochtendduik roept het zadel als nooit tevoren. Het eerste deel van de route improviseren we ons een pad langs de waterkant. Ik moet wel terug even de juiste techniek oprakelen om het mulle zand te trotseren. Vol gas en blijven gaan ... zo moet dat! Een uurtje later gaat het terug de hoogte in via een brede grindbaan, aangelegd door een bedrijf dat hier op 4200 meter hoogte naar goud delft. Kumtor is het op zeven na grootste goudveld ter wereld. Jaarlijks wordt er 15 ton goud uit de mijn gehaald, goed voor wel 12 procent van het bbp van Kirgizië. We vreten kilometers op de goede piste, die ons in geen tijd naar de andere kant van de berg brengt.
Maar de pret blijft niet duren. Een erg moeilijke piste met veel obstakels, grondverzakkingen en ingezakte bruggetjes loopt 120 kilometer langs de rivier. De obstakels overwinnen is eerst best plezierig, maar na maar na enkele uren slaat de vermoeidheid genadeloos toe. Ik kan moeilijk gefocust blijven en begin fouten te maken. Tot ik even stilsta bij het feit dat ik hier in deze magnifieke vallei aan het doen ben wat ik het allerliefste doe. “Ogen open, genieten en stoppen met taffelen Franz.” Ik ga op het gas en de laatste twee uur vlieg ik in een geluksroes door het heerlijke landschap. Jaks stuiven langs alle kanten weg en hordes paarden lopen evenwijdig mee de heuvels op. 's Avonds verwarmen we ons een laatste keer aan een ajuinensoep, terwijl de heldere sterrenhemel rustig ronddraait in het firmament boven onze tentjes.