Toerverhaal: De U-bocht door Wallonië

Wallonië heeft verschillende rijkdommen, en een daarvan is zeker en vast water. Het is het land van onstuimige rivieren, soms rustig kabbelend maar vaak ook wild stromend. Elke rivier heeft zijn legendes, zijn geheimen, zijn eigen verhaal en vooral zijn eigen charme. Deze grote U-bocht leidt je langs de bekendste stromen die het zuiden van ons land rijk is.

Wij hebben de rijkdom dat we dit zuidelijk landsgedeelte op een heerlijke nazomerdag met de motor kunnen verkennen. Vertrekpunt is de brug over de Maas in Dinant. Dit is tegelijk de stad waar Adolph Sax zijn naam vestigde door de saxofoon een lang muzikaal leven in te blazen. De Maas verdeelt op een indrukwekkende manier de meer dan dertienduizend inwoners van de stad over twee oevers. De brug over diezelfde Maas die hen verbindt, is doorheen de geschiedenis verschillende malen verwoest en heropgebouwd. Wegens haar strategische ligging aan de Maas, op de belangrijkste handelsroute van Keulen naar Parijs, is er immers meermaals om de stad gestreden.

Maar op deze vroege zondagmorgen ligt Dinant er onder de opkomende zon gelukkig rustig bij. Na de lange aanrijroute vanuit Gent pauzeren we eventjes onder de brug om de sfeer van de stad op te snuiven. We hebben nog een tocht van meer dan tweehonderdvijftig kilometer door het Ardeens landschap voor de boeg. Dus wordt het snuiven beperkt in de tijd en maakt het snel plaats voor het gebrom van onze motoren. Sven en Paul zagen een onchristelijk vroeg vertrek op een zondagmorgen best zitten, als er maar een zeker avontuurlijk motorgehalte mee gemoeid was. Met hen hebben we bovendien twee ervaren rotten in het vak mee, die best bestand zijn tegen wat indrukwekkend bochtenwerk. We volgen nog even de loop van de Maas om dan zuidwaarts met veel enthousiasme de eerste Ardeense heuvels op onze weg te beklimmen. Dit stuk van de route rijgt de typische Ardeense dorpjes aan elkaar. Wanneer we Houyet binnenrijden hebben we een ontmoeting met de Lesse. We bevinden ons hier op een boogscheut van de Franse grens. Op een donkerbruin bord dat even voor het dorp is neergepoot, staat in vette witte letters: ‘Rivières et Mystères’. Langs elk van deze waterlopen hebben inderdaad mysteries en legendes zich met elkaar verweven. Dichters bezongen deze rivieren en verheerlijkten ze in hun poëtische teksten gericht tot moeder, koningin en zelfs minnares. De rivier de Lesse kreeg de eigenschap toegedicht dat ze vrolijke het landschap doorkruist. Die vrolijkheid vinden we op het verder op parcours terug in het kabbelende water dat de keien op de bodem overspoelt.

Lees het vervolg van dit reisverhaal in Motoren & Toerisme 2-2019, die vanaf nu in de winkel ligt.

 

Tekst: Patrick De Smet

Foto’s: Jorn Urbain

 

Geschreven op 9 april 2019
© Motoren & Toerisme